In het recente werk van ra van der Hoek zijn veel directe of indirecte verwijzingen te vinden naar het werk van de beroemde Zweedse schrijver August Strindberg (1849 -1912). Met name naar het zogenaamde ‘Kamerspel’ getiteld Spooksonate. In de gemengde technieken vloeien de hyacintenbollen rechtstreeks voort uit een passage uit dit toneelstuk. De freule uit haar voorkeur voor de hyacint. de student, haar tegenspeler is er ook gek op. […] Hoe dan ook, voor Ra is zo’n tekst aanleiding tot een visuele reflectie. Een bol, getekend of uitgesneden , het doet er niet toe, donker, zwart of vaal grijs. […] In het genoemde toneelstuk worden door de student aan de hyacint en zijn bol bijna menselijke eigenschappen toegedicht. Zo ook door Ra. Op de linker helft van een tweeluik is op de bol een gezichtje getekend. Maar ook is soms het innerlijk van de bol weergegeven, door een uitgesneden gat heen zichtbaar gemaakt. We zien dan een ongestructureerde wirwar van lijnen. Een associatie die Ra heeft gehad met de wereldbol heeft geleid tot een zeer theatraal gepresenteerde globe. Op de nu kogelronde globe zijn hoogte en breedtelijnen aangebracht. De bol lijkt een voorstelling te geven op een toneel met coulissen en gordijnen.
De titel Spooksonate lijkt mij ook indirect terug te keren in een grote tekening op bruin papier: een vijftal muzieknoten in ritmische volgorde. De punten die het notenschrift vormen keren weer terug in de puntige snavel van een vogel. Deze punt verandert weer in een opengevouwen boek, enz. zo associeert Ra lustig voort en toont ons zodoende een blik in haar ‘donkere kamer’. Nog een directe verwijzing naar Strindberg is het vijf maal voorkomen van diens vroegere huis. Vooral het werk in de ‘etalage’ vind ik goed. Het is getekend op een stapel velletjes bruin papier. Het spreekt niet alleen aan door de tekst (‘Dit is waar het is’, een verwijzing naar het belang van de woonruimte, niet alleen die van Strindberg, maar ook die van Ra, waar het grappige catalogus eveneens blijk van geeft.) Het spreekt ook aan door het rosé wolkje op en rond het dak.
Ra’s vroegere werk zat steevast in platte kastjes of doosjes verpakt, met glas als bovenzijde. Ook dit werk lijkt in een soort doos geëtaleerd: de lijst is hoogstaand en er is betrekkelijk veel ruimte tussen de tekening en het glas. Je zou kunnen zeggen dat het werk ‘lucht’ moet hebben. Naast deze reeks gemengde technieken is er ook nog een serie van 44 tekeningen op transparante sheets. Ra noemt deze tekeningen zelfportretten. Ze staan voor gemoedstoestanden. Er zijn tranen, (al of niet veroorzaakt door en ui), er is twijfel ( ja, nee, ja nee, ja bij de vingertoppen met gezichtjes), er is ziekte( zeg eens A), er is verlangen,(Kom!), ja er is Ra. Maar er is ook Stindberg: op één van de tekeningen leest het poppetje een tekst van Strindberg. Tenslotte is er nog het eenzame paddenstoeltje. Strindberg was ook schilder. Hij heeft onder andere een heel klein paddenstoeltje geschilderd. Hiernaar verwijst het aandoenlijke op goud geplakte poëzie-album plaatje. Erg leuk, deze bedekte hommage! Ik moet ook nog vermelden dat de opstelling van het werk zeer geslaagd is te noemen: hierdoor wordt de fantasie van de kijker in beweging gezet. En dat is zeer plezierig!
– Feike Boschma, uit: De dans rond een hyacint, Fries Dagblad, 1996